Treuren omdat het bos achter ons weg is doe ik niet meer. Het aanzicht van die paar bomen die zijn blijven staan vind ik nog steeds niet mooi, maar ach alles went. Èn ik zie naast het nadeel, veel meer wind, heus ook wel voordelen. Achter ons huis is het veel lichter geworden, we hebben een veel mooier uitzicht, soms zien we de reeën in het kreupelhout scharrelen en ik zie als ik aan de keukentafel zit de roofvogels zweven.
Vanmiddag tijdens de lunch landde er één op een tak van de dichtstbijzijnde boom. Van zo'n afstand kan ik niet zien om welke roofvogel het gaat. Ik vind het sowieso toch al moeilijk om een buizerd van een sperwer te onderscheiden, maar oefening baart kunst denk ik dan maar.
Ik probeerde door het keukenraam een foto met mijn mobiel te maken, maar het inzoomen lukte niet zo. Ik besloot mijn fototoestel te pakken met het risico dat de vogel gevlogen zou zijn als ik mijn plaats weer ingenomen had. Maar nee, toen ik met fototoestel weer voor het raam plaats nam zat de vogel daar nog.
Ik heb er een aantal genomen met het doel deze te kunnen uitvergroten zodat ik met behulp van Petersons Vogelgids zou kunnen vaststellen om welke roofvogel het gaat. Volgens mij is het een valk, een smelleken, maar als er iemand is die meer verstan van vogels heeft dan ik en zeker weet dat het om een ander roofvogel gaat, dan hoor ik het graag
In onderstaande foto is te zien, als er op de foto geklikt is, hoe ik in werkelijkheid de vogel kon zien
klik
Het boek is uit en wat vind ik dat jammer. Ik ken dat gevoel nog van vroeger. Dan kon ik zo in een boek opgaan, waardoor de personages bijna vrienden waren geworden. Dit boek was nog wel niet aan de beurt, maar de leden van onze leesclub 2.0 hadden grote voorkeur om dit boek als eerste van dit seizoen te gaan lezen.
Ik was wel nieuwsgierig naar het boek, maar om de één of andere reden liet ik het toch eerst nog een week liggen toen ik het in huis had. Totdat ik zag dat er in schouwburg De Lawei een voorstelling van het boek werd gegeven. Vriendin D. was er direct voor te porren om dit te gaan zien. Zij had het boek een tijdje geleden al gelezen. Ik wist dat ik het boek niet in een krappe week uit kon lezen, maar ik ben er toen wel direct in begonnen.
Het boeide mij vanaf het begin. De schrijfstijl vond ik fijn en ik ben een heel eind gekomen voor we naar de voorstelling gingen. Tijdens de voorstelling herkende ik heel veel. Soms werd er letterlijke tekst gebruikt. D. en ik hebben genoten, niet wetend, wel vermoedend, dat dit voorlopig misschien wel de laatste keer in lange tijd zou zijn dat we naar een schouwburg konden. Dat maakte ons uitje nog exclusiever.
En toen had ik nog een week om de laatste 200 bladzijden te lezen. 's Avonds na de afwas trok ik mij aan de keukentafel terug; koptelefoon met heerliijke muziek op mijn hoofd en lezen maar. Het zijn gouden uurtjes geworden. Wat heb ik veel plezier beleefd aan het lezen van dit boek. Het is geschreven vanuit het perspectief van de personage Metin en ik ben echt van die jongen gaan houden. Wat heb ik met hem meegeleefd.
En nu is het boek uit en zoals ik aan het begin al stelde, ik vind het jammer want ik mis 'm, Metin, de hoofdpersoon en verteller van Wees onzichtbaar, de jongen die opgroeit van een vijfjarige tot een volwassen man met de Bijlmer als decor.
Morgen zullen we het boek bespreken, maar wat anderen er ook van vinden, ik heb het een prachtig boek gevonden, het verhaal, maar ook de schrijfstijl.
"Vreemd, waarom zouden ze dat doen?" zo vroeg ik mij af toen ik en passant even een flard van een reclame zag, "veganuggets er uit laten zien alsof het kipnuggets zijn." De zin ervan ontgaat mij volkomen. Als er dan vegetarische produkten moeten komen, waarom moet het dan zo veel mogelijk op vlees lijken zoals bijvoorbeeld ook de vegetarische worst van Unox? Ik zou zeggen, wees creatief en maak een geheel nieuw produkt met een eigen vorm en een eigen kleur. Of is er dan toch zo iets van het oog wil ook wat en als het nu maar iets herkenbaars heeft, kopen de mensen het wel?
Toen ik vannacht even wakker lag, (echt slapeloze nachten heb ik niet, wel zo nu en dan uurtjes, dat ik de slaap niet vatten kan) overdacht ik dit alles nog eens. En heel vreemd zag ik opeens een beeld voor me wat ik in Marokko gezien had. Bij de slagers in de marktstraatjes van Fèz had ik halve karkassen met de kop er nog aan gezien. Dat vond ik er nu ook niet zo heel smakelijk uitzien en ik wist ook niet meer of ik daar wel een foto van gemaakt had.
Kennelijk niet, wel deze en ook dit vind ik niet geschikt om een blog mee te openen. Dit zien wij bijna niet meer. In de Westerse wereld ligt al het vlees wat we nuttigen in de supermarkten al in bruikbare porties voorverpakt in de schappen en ook bij de slager ligt het vlees in kleine stukken uitgestald in de vitrine. Ik kan mijzelf nog herinneren dat de slager op het hakblok voor het oog van de klanten een stuk vlees afsneed.
Ik merk wel dat door de vele aandacht die de vegaprodukten krijgen ik wel begin na te denken over het eten van vlees en een dag vleesloos, zou voor mij nu niet meer een probleem zijn, terwijl ik daar pakweg tien jaar geleden niet voor te porren zou zijn geweest.
Toch eten we nog dagelijks een stukje vlees, te meer omdat de diëtiste, die Gosse in verband met veel gewichtsverlies geraadpleegd heeft, dit sterk aanbevolen heeft. Dus voor ons geen vleesvervangers of veganuggets.
Na dit alles overdacht te hebben, ik had het blogje al min of meer in mijn hoofd geschreven, ben ik vast met hele mooie beelden van Marokko in slaap gevallen.
KLIK
Opnieuw worden we beperkt in ons doen en laten. Ik begrijp het wel, maar echt leuk vind ik het niet. Het ergste vind ik, dat er niet een goed toekomstperspectief is. Met de genomen maatregelen gaat het heus wel lukken om het besmettingscijfer weer naar beneden te krijgen, maar dan?
Tot wanneer gaat het duren voordat we weer een normaal leven kunnen gaan leiden? Daar maak ik mij wel zorgen over. Toen in het voorjaar de intelligente lockdown werd ingesteld, had ik al wel vage vermoedens, dat dit maar zo niet over zou zijn, maar met de lente in aantocht kwam de beperking niet zo hard aan. Het werd mooi weer, we werkten in de tuin, we fietsten veel, maar nu met de herfst zijn de kaarten heel anders geschud en heeft het veel meer impact. Bovendien, zoveel jaar hebben we niet meer te gaan. Ik had me iets meer voorgesteld van de jaren dat we nog redelijk uit de voeten kunnen.
Toch proberen we er maar weer het beste van te maken. De herfst is bezig zich te manifesteren en ik geniet hoe dan ook van al die prachtige kleuren. Ik denk maar even niet aan hoe fijn het zou zijn geweest om een aantal dagen naar Monschau te gaan. Ik wil op dit moment dan ook liever niet even de prachtige foto's te voorschijn halen. Ik zoek het maar dicht bij huis.
Vanmiddag zijn we op zoek geweest naar rode paddestoelen in Griekenland en Turkeije, een bos dicht bij ons. Het is niet gelukt. Wel heb ik een paar dagen geleden een foto gemaakt van de paddestoel boven aan het blog. Deze kwam ik tegen op ons dagelijkse rondje.
Daar vlakbij staat de boom waarvan ik ook een foto heb gemaakt. Vorig jaar heb ik heel erg van die kleurige boom genoten, maar vergeten om er een foto van te maken.
Maar ik wil binnenkort nog een mooie rode paddestoel scoren, want coronamaatregelen of niet, er mag wel gewandeld worden en dat zullen we de komende weken ook zeker doen.
Soms heb je wel eens ergens spijt van. De puzzel met de koeien uit het vorige blog is klaar, maar omdat het een afmakertje was, is mijn zin om te puzzelen nog niet uitgedoofd. En toen bedacht ik dat ik in onze laatste vakantie een mooie kans had laten liggen. In één van de laatste dagen bezochten we Harderwijk en daar is ook het Marius van Dokkum museum te vinden, zo ontdekte ik daar.
Merkwaardig genoeg was in de vorige vakantie mijn oog gevallen op ansichtkaarten van verschillende afbeeldingen van deze schilder en had ik dochterlief zo'n vakantiekaart gestuurd voorzien van een passende tekst omdat we veel in de caravan zaten vanwege het slechte weer.
Ik had graag een kijkje in het museum willen nemen, maar ik had niet gereserveerd en zou pas aan het eind van de middag een tijdslot kunnen krijgen. Dat duurde mij te lang. Maar ik kon mij wel even te goed doen aan het bekijken van allerlei "museumprullaria" met afbeeldingen. En zo ontdekte ik dat er ook puzzels waren, alleen (verkeerd) zuinig als ik soms kan zijn, niet gekocht. Ik vond ze te duur!
Een dag later hoorde ik van een buur op de camping dat zij er wel één gekocht had en nu wel de juiste, want zij had er één besteld, maar toen niet degene gekregen had die ze had willen hebben. Zodoende wist ik dat de puzzels te bestellen waren, dus dat heb ik nu gedaan. En dan is het voor mij weer heel moeilijk om een keuze te maken. Uiteindelijk heb ik voor deze gekozen, want we hadden die laatste vakantie een verzoek van dochterlief kegregen om weer een origineel kaartje te sturen. Manlief vond deze heel grappig, maar ik gaf de voorkeur aan een ander genre, een hele ouderwetse ansichtkaart met een groot heideveld, een klein dorpsgezicht en nog zo'n oubollig klein plaatje en dat is het toen geworden.
Ik zal wel tijd genoeg krijgen om de puzzel te kunnen maken, gezien de getallen van het aantal besmettingen. Onze bewegingen zullen nog wel verder ingeperkt gaan worden.
Laten we maar stoppen met de discussie welke leeftijdsgroep het meest getroffen gaat worden met deze maatregelen. Voor de jongeren is het heel vervelend, maar zij hebben nog een heel leven voor zich..... Voor ons ouderen is het ook heel vervelend want onze levensduur is niet zo lang meer en er waren nog zoveel plannen......
Kortom, het treft ons allen en het is voor Mark, Hugo en de anderen een hele puzzel om de juiste beslisingen te nemen.
Even een grappig plaatje van onze honden. Er zijn twee manden, maar deze houten bak heeft de voorkeur van allebei. Tja, dan maar met zijn tweeën in één "mand". Lang houden ze dit niet vol, maar van dit soort dingen kan ik verschrikkelijk genieten. Het zijn soms net kleuters. Degene die er uitstapt komt dan zijn beklag bij mij doen. Na een aai over de kop druipt hij dan toch maar af naar de andere mand.
klik
We blijven maar bezig met het coronavirus. Is het niet op wereldwijde schaal omdat Trump besmet is geraakt, dan is het wel op landelijk niveau met de mondkapjesdiscussie. Het is en blijft een vervelend gedoe en ik ben er meer dan klaar mee, maar dat zal vast voor heel veel meer mensen gelden. En het moet maar blijken of al die maatregelen die genomen zijn afdoende zijn.
Steeds meer besef ik, dat ik nu toch bij de oudere generatie behoor. Ik kan niet meer zeggen, ben toch heel benieuwd hoe men over pakweg dertig of veertig jaar naar deze situatie kijkt. Vast met heel andere ogen dan dat er nu naar gekeken wordt. Halverwege de jaren zeventig was het overgrote deel van de bevolking toch ook overtuigd dat men goed bezig was, toen de benzine op de bon ging en de autoloze zondagen werden ingesteld. Daar was men toen ook absoluut niet blij mee.
Natuurlijk is dit appels met peren vergelijken, het gaat nu immers om de gezondheid van mensen en toen om de mogelijke schaarste van olie, dat weet ik ook wel, maar het gaat mij meer om de genomen maatregelen en hoe men daar decennia later tegen aankijkt.
Zelf probeer ik het leven maar te nemen zoals het komt. Het is een beetje aanmodderen binnen de mogelijkheden die er zijn. Als het goed weer is kan er getennist worden, één keer in de veertien dagen kan ik binnen een klein clubverband bridgen, als het droog is kan er gewandeld worden en dat is het wel zo'n beetje. Door het verplichtende karakter van het dragen van mondkapjes beperk ik het boodschappen doen tot één keer per week en een bezoek aan een museum of iets dergelijks zie ik onder deze omstandigheden ook niet zitten.
Door alle beperkingen die er zijn, verandert waarschijnlijk de waarnemingen en wordt de blik veel meer gefocust op kleinere dingen. Zo zag ik in de afgelopen dagen, toen ik even een blik naar buiten wierp, een hommel op een bijna uitgebloeide daliah zitten. Het beestje had geen haast, want het bleef keurig zitten totdat ik er een paar foto's van gemaakt had, maar toen ik een detailfoto van de kop, met name de ogen, wilde maken was het geduld op en vloog hij/zij weg.
In de eerste golf van de coronacrisis schijnen heel veel mensen aan het puzzelen geslagen te zijn. Ik niet, want het was toen heel mooi weer en hebben wij heel veel gefietst. Nu in de tweede golf heb ik het puzzelen wel ter hand genomen. Aan het begin van dit jaar, toen kleindochter Nina uit verwegland hier was, zijn we met deze puzzel begonnen, maar toen zij weer weg was kon ik mij er niet toe aanzetten om het ding af te maken en was de plaat boven op een kast beland. Vorige week heb ik besloten om de puzzel toch maar "even" af te maken. Alleen de lucht hoefde nog maar.
Het is een hels karwei, maar stukje bij beetje vorder ik toch en heb ik hoop dat ik toch de klus zal klaren.
klik
|
|