Au, nee ik ben niet gevallen, gelukkig niet, hoewel ik daar soms wel bang voor ben als de honden komen aanstormen, we zijn in het plaatsje Au an der Donau aangekomen. Vanuit dit punt zijn er weer vele mogelijkheden. Fietsen, wandelen, steden bekijken, er is van alles te doen en te beleven. Zo hebben we de stad Linz bekeken en avonturen beleefd......Bijvoorbeeld bankpasje inde verkeerde gleuf van de betaalautomaat gestopt. Is weer goed gekomen, iemand angerufen en na een half uur kwam er een man die het pasje weer uit de automaat toverde.
Zelf ben ik ook een keer de palupahulpverlener geweest. We hadden een mooie fietstocht door het Donaudal gemaakt, het laatste stuk fietsten we weer langs de Donau en opeens hoorde ik PSSSSSSSSST. Hadden de jongens een lekke band.of anders gezegd, de fietskar had een lekke band. Ik lag even blauw van het lachen over de fiets,maar ja wat nu. We hebben een reservewiel van de fietskar en gelukkig waren we niet meer zo heel ver van de camping weg, dus ben ik snel naar de caravan gefietst en heb ik het reservewiel opgehaald.
Ach ja weer een dag later zouden we gaan wandelen. Dan is het de dag van de jongens, want zij lopen liever dan dat ze in de kar moeten zitten. Er was die dag één plaatselijke plensbui en die kregen wij na ruim een kilometer gelopen te hebben op onze kop. Toen zijn we maar weer teruggekeerd en hebben we met de auto Freistadt bezocht. Een leuk stadje ter grootte van Dokkum ongeveer. Met mooie bolwerken èn stadspoorten en dat heeft Dokkum dan weer niet.
's Avonds hebben de jongens heerlijk in de Donau gezwommen en daarna zijn ze even op hazenjacht geweest en zo was hun dag toch weer goed. Vandaag hebben we alsnog de wandeltocht gedaan. Bijna 15 km. door het heuvellandschap. Ook dat was erg mooien vandaag ging er voor de verandering eens helemaal niets mis. Ook leuk.
De vakantie komt aardig op gang en het gaat ongeveer zoals ik gedacht had, Een keer stroomopwaarts langs de Donau, een dag stroomafwaarts en een keer een klim naar boven en dan weer verder trekken. Over de klim naar boven hebben we geen dag gedaan. Er werd aangegeven dat het uitzichtspunt op 30 minuten afstand lag, dus dat hebben we maar op een avond gedaan. Het viel nog helemaal niet mee en de volgende dag had ik toch behoorlijk spierpijn. Maar het uitzicht was zeker de moeite waard.
In zo'n vakantie kan ik al blij worden van hele kleine dingen. De dag dat wij stroomafwaarts fietsten naar Haschach had men mooi weer beloofd. Minstens 20 graden. Alleen het weer hield zich niet aan de afspraak en ik kreeg me toch een paar koude voeten! wat kun je dan toch gelukkig zijn als je een klein supermarktje vindt waar je een paar pantysokjes kunt kopen. Het staat voor gee meter,maar dat is een ander verhaal. Halverwege de middag brak de zon alsnog door en waren ze niet meer zo nodig.
Deze avond ben ik niet weer de berg opgeklommen. Na een stevige fietstocht van bijna zestig kilometer had ik het wel even gehad mede omdat ik nog steeds geplaagd werd door de spierpijn die ondanks de fietsbewegingen nog niet helemaal over was. Maar ach, het hoort erbij, het geeft mij toch het hele echte vakantiegevoel.
De eerste dag na zo’n lange reis geniet ik al door het feit dat ik die dag niet in de auto hoef te stappen. Er is nog genoeg proviand dus boodschappen doen is nog niet aan de orde. We klimmen op onze fietsen, laten ons met een bootje naar de overkant van de Donau brengen en fietsen stroomopwaarts richting Passau. Het is heerlijk weer en het is dan ook volop genieten. We zijn niet de enigen die hier fietsen, maar de meesten fietsen stroomafwaarts. Op de terugweg hebben we vast minder tegenliggers.
Passau is niet haalbaar, maar Engelhartszell wel. Ik ben onder de indruk van het mooie interieur van deze stiftkerk. Mooi helder witpleisterwerk met prachtige schilderingen. Maar dat is nog niets bij de prachtige schilderingen die ik de volgende dag in de Dom van Passau aantref. Ik ben zo overdonderd door wat er boven in het plafond allemaal te zien is waardoor ik helemaal voorbij ga aan het orgel, wat de grootste van Europa schijnt te zijn. Ik vergeet gewoon om daar een foto van te maken. Heeft er misschien ook wel mee te maken dat ik niet zo van orgelmuziek houdt. Ik heb denk ik te vaak een kerkdienst bijgewoond, waarbij het orgel niet jubelde maar meer de jankende partij was.
Passau is een stad die ik zeker de moeite waard vind om bezocht te worden. Het heeft een mooie altstad met leuke oude straatjes om al dwalend uiteindelijk op de punt uit te komen waar de Inn en de Donau samenkomen en waar de Inn haar naam inlevert en de Donau verder gaat.
Met een gangetje van 80 km. per uur sukkelen we over de ellenlange Duitse autobahnen. We houden ons keurig aan de snelheidslimiet en och het rijdt ook wel zo veilig. Al rijdend moeten we wel haast de conclusie trekken, dat de hele A3 op de schop wordt genomen. Op hoeveel plekken er wel geen wegwerkzaamheden zijn is achteraf niet meer aan te geven. Op de terugweg ga ik ze tellen, dan hoef ik mij niet te vervelen.
Omdat ik ooit, jaren geleden al , de ervaring opgedaan heb, dat de campings in Duitsland langs de autowegen niet worden aangegeven, heb ik enig research gedaan. Ik heb nu een lijstje met campings langs de A3. Afslag 74 na Würzburg wordt hem niet, het wordt de afslag voor deze plaats.
De volgende dag bereiken we rond twee uur Passau. Het is even zoeken, maar met gebruik van onze automiep komen we op het juiste spoor en kunnen we onze tocht langs de Donau beginnen. De camping die ik aangekruist heb is snel gevonden en we besluiten om hier een paar nachten te blijven, mede omdat ik toch wel graag de stad Passau wil bezoeken.
’s Avonds maken we een wandeling langs de Donau en zien we dat we dichtbij met een bootje kunnen oversteken om daar de volgende dag een fietstocht te starten. De Donau is niet blauw,wel heel breed.
Heel in de verte hoor ik de klanken al 'Oh Donau so blau blau'. Op één januari, tijdens het nieuwjaarsconcert hebben we de beslissing genomen, deze zomer gaan we niet naar Frankrijk, maar gaan we met de caravan langs de Donau trekken om uiteindelijk in Wenen uit te komen.
Hoewel ik dit jaar best wel veel voorbereidend werk gedaan heb, voel ik mij meer onzeker dan wanneer we "gewoon" naar Frankrijk gaan. Ik weet nu niet zo goed wat we kunnen verwachten, maar ik heb wel heel veel zin in het vakantieavontuur.
Het huis is op orde gebracht en kan overgedragen worden aan de mensen die er op passen; ik heb afscheid genomen van de mooie tuin, deze zal ik over een aantal weken anders aantreffen dan dat ik hem nu achterlaat, maar dat is niet anders, de caravan is volgestouwd met alles wat we denken nodig te hebben, we kunnen vertrekken.
Na één overnachting ergens in Duitsland willen we iets voorbij Passau met onze trektocht langs de Donau beginnen. Ik ben heel benieuwd.
klik
Wenen is ons eindpunt. Daar heb ik een aantal jaren geleden deze foto gemaakt.
Zal ik wel, zal ik niet? Ik bleef in mijn hoofd maar bezig met die kleine advertentie in de dorpskrant. Daarin werden bestuursleden voor de Oranjevereniging gevraagd. Wanneer het bestuur niet aangevuld zou worden, zou het moeilijk worden om het dorpsfeest in de toekomst georganiseerd te krijgen. Naast vrijwilligerswerk voor de Zonnebloem dacht ik nog wel enige ruimte te hebben voor nog iets erbij. Hoewel mijn gedachten naar heel iets anders uitging, bleef deze oproep maar in mijn hoofd rondspelen.
Waarom zou ik zoiets zwaars opzoeken als het leiden van groepsgesprekken van gedetineerden of een mentorschap aanvaarden waarbij gedacht moet worden aan het volgende, de mentor beschermt de belangen van de betrokken persoon op het gebied van verzorging, verpleging, behandeling en begeleiding. Mentorschap gaat dus niet over geldzaken, maar over beslissingen rondom zorg, wonen en welzijn. Hiervan had ik al een paar maal een adverentie gezien, maar ik was er nog steeds niet uit of ik dit het nu echt was wat ik wilde gaan doen.
En nu zette deze advertentie mij aan het denken. Waarom zou ik niet eens de vrolijke kant opgaan. Want al denkend over het fenomeen dorpsfeesten kwam ik tot de conclusie, dat ik een dorpsfeest een heel warm hart toedraag. Niet omdat ik zelf zo'n feestbeest ben, maar ik zie een dorpsfeest meer als een instrument om de saamhorigheid in het dorp, lees: de maatschappij te bevorderen. Ook al nemen mensen niet eens zo heel actief deel aan het feest, een optocht, de straatversiering of de bonte avond heeft hoe dan ook altijd enige invloed op de dagelijkse gang van zaken. Het brengt gezelligheid en het geeft vaak een aanleiding om weer even met elkaar contact te hebben in plaats van snel langs elkaar heen te leven.
Waarom zou ik het weer zo ver van huis zoeken, terwijl er zo dichtbij iets te doen valt? Bovendien raak ik dan zelf wat meer betrokken bij het dorpsleven. Na heel veel dubben heb ik een half jaar geleden de telefoon gepakt en mij aangemeld.
Ondertussen heb ik al een paar maal een blogje geschreven over een aantal wetenswaardigheden. Het Oranjegevoel begint meer en meer te komen en ik bedacht dat het misschien wel leuk zou zijn om een nieuwe categorie aan te maken voor alle blogjes die op enegerlei wijze te maken hebben met de Oranjevereniging. Daarom even een terugblik naar hoe het ontstaan is.
De afgelopen weken ben ik druk bezig geweest om alles en iedereen bij de Kamer van Koophandel te muteren of in te schrijven, inclusief mijzelf. Deze zomer is er verder weinig werk aan de winkel, omdat het dorpsfeest om het jaar gehouden wordt. Dit jaar kan ik dus rustig in deze tijd met vakantie gaan en dat zal ook binnenkort gaan gebeuren maar een volgend jaar zit dat er echt niet in. Ook dat heb ik echt wel mee laten wegen bij de beslissing; het is een beperking, maar zoals ik het nu zie, geeft mijn nieuwe taak mij zoveel plezier, waardoor ik dat op de koop toe neem.
Ik ben iemand die nog graag een gewone katoenen zakdoek gebruikt. En dan niet zo'n klein snotterig dameszakdoekje, nee wel graag een grote herenzakdoek. Gelukkig heeft de meeste kleding wel ergens een zak waar ik de zakdoek, netjes opgevouwen, in kan stoppen. Sterker nog, bij het aanschaffen van kleding speelt het wel of geen zak hebben een grote rol. Geen zak in de broek? dan wordt het niet gekocht.
Ik slaap zelfs met zakdoeken. Elke nacht leg ik mij ter ruste met twee zakdoeken in mijn knuisten geklemd en als ik 's nachts wakker word is het eerste wat ik doe voelen waar mijn doekjes liggen en deze weer zo snel mogelijk in mijn handen nemen. Kennelijk geeft het mij een veilig gevoel.
Alleen gistermorgen gruwde ik even van mijn zakdoek. Terwijl ik naar de badkamer liep voelde ik een kriebeltje aan mijn neus. Ik pakte de zakdoek, veegde mijn neus af en zag toen tot mijn grote verbazing dat mijn zakdoek grote rode vlekken vertoonde. Ik had ongemerkt een bloedneus gekregen en dit had als een kriebeltje gevoeld. Waarschijnlijk heb ik de zakdoek gedachtenloos ergens neergelegd, want later op de dag vond ik hem terug. Weg met dat vieze ding, was mijn eerste gedachte, maar tegelijkertijd moest ik denken aan de bebloede zakdoeken van mijn vader. Wat was ik altijd vies van die zakdoeken als hij die per ongeluk eens uit zijn zak opviste. De man had nogal eens last van een bloedneuzen en kon er in feite weinig aan doen.
Maar behalve dat, houd ik heel erg van zakdoeken en vind ik ze heel erg functioneel. Niet voor het doel waarvoor ze voornamelijk bedoeld zijn, want dat beperk ik tot een minimum. Wanneer ik de zakdoek echt voor het neus snuiten heb gebruikt, gaat ie al heel gauw in de was. Nee, zakdoeken gebruik ik voor heel andere doeleinden. Vaak voor het wegpinken van een traan van ontroering, het weg poetsen van lachtranen, maar ook bij stevige huilbuien komt een zakdoek goed van pas. Mijn zakdoek is bij vele situaties mijn steun en toeverlaat en zeker als het om zaken van afscheid nemen gaat of het wegslikken van een teleurstelling.
Toen ik deze week hoorde dat James Last was overleden, had ik nog net geen zakdoek nodig, maar het deed mij toch wel iets. Dat was ook bij Albert West het geval. Het geeft zo'n raar gevoel, dat steeds meer mensen die beroemd waren, meestal om hun muziek, en zo bij de herinneringen aan mijn jeugd horen, er opeens niet meer zijn.
En als ik dit dan zo maar midden op een dag door mij heen laat gaan, dan slaak ik meestal een diepe zucht, pak ik vaak even mijn zakdoek, wrijf hiermee even over mijn neus en ga vervolgens weer verder met waar ik mee bezig was. Op die momenten zou ik mijn zakdoek verschrikkelijk missen als ik hem niet bij mij had.
Na het lezen van een column over het masker van de #levensgenieter, heb ik de conclusie getrokken dat ik niet voldoe aan het beeld van een levensgenieter, of anders gezegd, ik ben geen hedonist. Maar, zo dacht ik gisteren al fietsend met de honden gezellig om ons heen lopend, het is zondagmorgen, niet druk en prachtig mooi weer, al ben ik dan geen levensgenieter, ik geniet wel van het leven.
De groene weilanden onder een helder blauwe lucht met hier en daar een witte wolk, het geel van de boterbloemen; ik zie rose, witte en blauwe bloemen tegen een hoek van een huis gedrapeerd, het is gewoon te veel om allemaal op te noemen en ik kan alleen maar genieten. En dan is het weer dit voorjaar nog niet eens om over naar huis te schrijven, maar ook dat neem ik tegenwoordig gewoon zoals het zich voordoet, zonder mij daar uitzonderlijk druk over te maken.
Ik kan niet anders zeggen dan dat ik mij op dit moment in een fase van het leven bevind, waarin ik het gewoon goed naar mijn zin heb. Ik heb heus ook andere tijden gekend en oh, er zullen ooit ook wel eens weer andere tijden komen.
Hoewel ik nu zelf aan mijn goodfeeling uiting geef, ben ik het wel met de strekking van het artikel eens, dat er tegenwoordig zo ontzettend veel "levensgenieters" zijn die dat op alle mogelijke manier aan de grote klok willen hangen. Er zijn nogal wat levensgenieters die hun coming-out duidelijk willen maken door door schreeuwerige lettertypes te gebruikenen waarbij teksten worden voorzienvan moddervette hashtags als #genieten, of #lovemylife of #happiness. Ik merk dat ik niet uit dat houtje gesneden ben. Misschien heb ik juist wel het omgekeerde. Als ik mij gelukkig voel, heb ik nog wel eens de neiging om juist minder te gaan schrijven. Het is net of ik dan minder tijd heb; kennelijk heb ik het dan te druk met gelukkig zijn.
Toch vind ik het prettig om een keer aandacht te besteden aan het feit dat ik (sorry voor de platgetreden uitdrukking) lekker in mijn vel zit en dat ik echt kan genieten van alles wat zich op dit moment in mijn leven voordoet. Een echte hedonist zal ik nooit worden. Daarvoor ga ik veel te veel verplichtingen aan. Maar het zijn wel verplichtingen die ik zelf erg leuk vind en waar ik ook verschikkelijk van kan genieten.
Vreemd, want hoewel ik mij niet echt heel erg verdiep in de FIFAvoetbalperikelen, het ergert mij namelijk mateloos dat daar zoveel onzichtbare belangen de hoofdrol spelen, heb ik het toch zien aankomen dat heer Blatter zou opstappen. Even had ik de hoop dat hierdoor het één en ander recht getrokken zou kunnen worden waardoor het belang van de voetbalsport weer het hoofddoel zou gaan worden, maar helaas, na via de media her en der wat uitleg gekregen te hebben heb ik die hoop al snel weer laten varen.
Het is een corrupt zooitje en dat zal het wel blijven ook. Iedere keer kwam het spreekwoord van het spel en de knikkers in mijn gedachten en daarom heb ik dat maar even opgezocht. Bij het voetbal lijkt het alleen maar om persoonlijk voordeel te gaan.
het is niet om de knikkers maar om het recht van het spel (=het is niet voor persoonlijk voordeel, maar omwille van de rechtvaardigheid
Op de één of andere manier heeft het woord knikkers zich in mijn hoofd vastgezet, want van tijd tot tijd komt dat woord bij mij bovendrijven. Bijvoorbeeld, toen ik afgelopen zaterdag met de ladies van de Red Hat Society een spelletje Pitch en Putt ging doen. (Au, ja ik heb wel meegedaan, ondanks mijn pijnlijke derrière, de ladies waren zo aardig voor mij om de balletjes te plaatsen en weer op te rapen) Tijdens dit spel kreeg ik inderdaad associaties met het spelletje knikkeren van vroeger.
Gisteravond zag ik via de tv een heel mooi youtubefilmpje van een knikkerbaan. Deze was gebouwd door een autistisch iemand, zo werd vermeld. Waarom vermeld moest worden dat deze 32 jarige man autistisch is weet ik niet. Het is een prachtig spektakel om naar te kijken; in mijn ogen net zo boeiend als de omvallende domineestenen en de mensen die hier mee bezig zijn, worden toch ook niet aangeduid als autisten. Met die aanduiding, lijkt het namelijk net of het om een simpele persoon gaat, maar toen ik het één en ander opzocht blijkt hij al veel vaker met zijn knikkerbanen aan de weg getimmerd te hebben.
Maar of dit nog niet genoeg was, las ik vanmorgen in de krant over een heuse landelijke knikkerwedstrijd. In Heerenveen was er op woensdagmiddag een voorronde geweest en op 20 juni zal in Amersfoort Dierenpark de landelijke finale plaats vinden. Voor wie het wil nalezen: www.nkknikkeren.nl
Dit alles deed mij opeens heel erg verlangen naar mijn eigen knikkerbord. Ooit hadden wij een heel oud knikkerbord, maar omdat dat ding te krakkemikkig werd, heeft mijn vader een prachtig knikkerbord voor mij (ons, het gezin) gemaakt. Er scheen ergens een mooie bouwtekening in omloop te zijn en van mooie triplexplaten heeft hij echt een geweldig exemplaar gemaakt. Ik heb (wij, vooral mijn moeder en ik hebben) er heel veel mee gespeeld. Wat zou ik dat knikkerbord nog graag gehad willen hebben.
Mijn vader heeft mij, toen ik er naar vroeg, dat was niet zo lang voordat hij gestorven is, kunnen vertellen aan wie het knikkerbord gegeven is. Nu ik weet waar het knikkerbord gebleven is, geeft mij dat wel rust, maar ik zou er best wat voor over hebben om weer zo'n soort knikkerbord in mijn bezit te krijgen. De kleindochters zijn misschien al wel weer net ietsjes te oud voor dat spel, maar wat zou er op tegen zijn om zo af en toe zelf nog eens even met het knikkerbord te spelen. Rollende knikkers, het blijft mij altijd boeien en in dat geval gaat het mij wel terdege om de knikkers.